Clinical practice Bariatrie – interview met Mark Hermens

Met trots worden binnen de LVMP steeds meer clinical practices van verschillende aandachtsgebieden gepresenteerd. Deze week komt de clinical practice bariatrie uit. Het overkoepelende doel is om de verbinding tussen wetenschap en praktijk te bevorderen en de praktijkvariatie te verminderen. In dit kader interviewde we Mark Hermens, klinisch psycholoog bij het Medisch Centrum Leeuwarden, over de aanstaande clinical practice bariatrie.

Hoe is de clinical practice voor de bariatrie tot stand gekomen?

Het initiatief voor deze clinical practice voor de bariatrie is tot stand gekomen in de Nederlandse Werkgroep Bariatrie Psychologen (NWBP). Daar is gebleken dat er verschillende werkwijzen waren ten aanzien van het werken zowel pre-als postoperatief bij deze patiëntengroep.  We deelden de visie dat het toch wel zinvol is om tot een gemeenschappelijke en herkenbare manier van werken te komen. Dit werd ook zeker toegejuicht door de collega’s die nieuw werkzaam waren in dit werkveld. Volgens mij ook precies waar de clinical practice voor is bedoeld.

Mijn rol in deze is in eerste instantie het aanjagen geweest van het nemen van dit initiatief,  ook als voorzitter van deze werkgroep, en vervolgens inhoudelijk meedenken met de collega’s,  Anna Ruppert en Rymme van Dessel, waarmee we dit samen hebben gerealiseerd met mandaat van de kernleden van de werkgroep.

 

Waar moeten we (speciaal) aandacht voor hebben in deze clinical practice? 

Ik denk dat elke collega zelf moet bepalen waar degene de meeste aandacht voor wil hebben, maar dat hangt denk ik ook af van of je al wat meer ervaren bent of net begint en wellicht de structuur nog moet optuigen binnen een instelling. Maar ik zou in ieder geval denken aandacht te hebben voor het diagnostisch proces. Dit was ook een van de redenen voor de opzet. Dit geeft handvaten voor verdere opzet van je werkstructuur, inzicht in wat praktisch nodig is en wat het van jouw vraagt als professional.

Al met al blijft het lastige materie. Een aantal criteria zijn duidelijk toepasbaar, echter het zoeken naar risicofactoren die een optimaal resultaat van gewichtsverlies in de weg kunnen staan en die het risico op postoperatieve complicaties kunnen vergroten blijft bij deze doelgroep een grote uitdaging. Dat maakt het werken met deze doelgroep naar mijn idee wel boeiend!

Wat hopen jullie in de toekomst te bereiken, middels deze clinical practice?

Wat we hopen te bereiken met deze clinical practice dat we door meer afstemming in werkwijzen met elkaar, de discussie omtrent valkuilen, andere lastige zaken betreffende de screening en wellicht andere benodigde aanvullende diagnostiek, beter c.q. meer gestructureerd kunnen voeren. Deze eerste afstemming in structuur van werken kan een aanzet zijn om in de toekomst met elkaar door te ontwikkelen in dit vakgebied zowel op pre-als postoperatieve werkzaamheden. En wat ik nog meer belangrijk vind voor de verdere toekomst, is dat we op deze manier beter mogelijkheden kunnen creëren om data te verzamelen om uiteindelijk een database te kunnen maken ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek.